3 manieren om je webteksten te schrijven
Al 14 jaar schrijf ik webteksten. In die tijd leerde ik dat je dat op 3 manieren kunt doen. En ik beken: ik heb ze alle 3 beoefend, ook al is er maar één de juiste.
Je kunt webteksten schrijven:
- Voor Google
- Voor jezelf/je opdrachtgever
- Voor de doelgroep
Misschien kun je al raden welke ik als de enige juiste bestempel. Maar laten we op alle 3 even ingaan.
1. Webteksten schrijven voor Google
Bedrijven willen ‘bovenaan in Google’ komen. Iederéén wil dat. En we weten allemaal waar dat toe kan leiden: plofteksten. Niet volgestopt met voedsel zoals kippen, maar met ‘zoekwoorden’. Zoals dit:
Bakboek kopen?
Bakboek kopen bij de grootste bakboekenwinkel van Nederland? Dat kan! Want met een bakboek kopen bak je beter. Als je geen bakboek kopen zou, mislukken al je baksels. Geen bakboek kopen = misbaksels bakken dus (haha). Maar waar moet je dan zijn als je een bakboek kopen wil? Nou, hier: bij bakboek-kopen.nl!
Werken dit soort teksten om hoge posities in Google te krijgen? Who cares? Want zelfs áls ze werken, hoe hard hollen bezoekers weg als ze die teksten zien? Juist.
Maar heel eerlijk: ja, ook ik heb teksten voor Google geschreven. Jeugdzonde. 😔
2. Webteksten schrijven voor jezelf/de opdrachtgever
Deze ligt het meest voor de hand: je schrijft de teksten waar je opdrachtgever blij mee is. (En dat kun je dus ook zelf zijn, die opdrachtgever.)
Dit is ook de makkelijkste manier om webteksten te schrijven. Want je hoeft alleen maar aan je opdrachtgever te vragen: ‘Wat wil je op je website zetten?’ En dat vervolgens neerpennen. Eitje.
Want zzp of mkb, groot-mkb of multinational, vaak willen ze maar één ding: ‘zichzelf herkennen’ in de webteksten. De website als spiegel van de eigenaar.
Alles is goed, zolang het maar gaat over hún visie, hún missie, hún diensten en producten, hún enthousiasme…eigenlijk moet hun website gewoon één lange ‘over mij/ons’-pagina worden.
Het mag ook allemaal vooral niet te concreet worden; lekker veilig blijven hangen in abstractheden, nergens kwetsbaar zijn. Beweren dat ‘kwaliteit hoog in het vaandel’ staat is al gedurfd genoeg…
Ik geef het grif toe: vóór Waardevolle Webteksten (2013) schreef ik veel te vaak dit soort webteksten. 😕
3. Webteksten schrijven voor de doelgroep
Opdrachtgevers stellen vaak vooraf allerlei eisen aan de webteksten die ik voor ze ga schrijven: “Ik wil niet te veel tekst/pagina’s op mijn website. Het moet zo kort mogelijk. Etc.” Mijn antwoord: “Daar ga jij helemaal niet over. Want ik schrijf geen webteksten voor jou. Ik schrijf webteksten voor je doelgroep.”
‘Jouw’ website? Die is helemaal niet van jou. Die is van je bezoekers. Zij bepalen wat je op je website zet. Zij moeten zichzelf herkennen. In elk woord. Elk voordeel. Elk argument waarmee je hen wilt overtuigen voor jou te kiezen.
Leer je doelgroep kennen. Weet wat zij willen lezen. Wat ze belangrijk vinden aan je dienst of product. Welke woorden ze gebruiken. Etc. Stem dáár vervolgens je webteksten op af. En de grap is:
Als je zó webteksten schrijft, schrijf je automatisch de beste teksten voor Google (want doelgroepgericht = Google-gericht) én je opdrachtgever (want die gaat meer verdienen via zijn/haar website). Iedereen blij! 😄
Hé, nummer drie was ook mijn keuze.
Toch een vraag / opmerking.
Doelgroepen zijn niet altijd duidelijk af te bakenen. En ook bezoeken mensen buiten de doelgroep je site.
Hou je daar rekening mee?
NB: mijn website is voorlopig even van het web.
Ha Jos, goede vraag!
Je moet altijd je doelgroep zo goed mogelijk afbakenen. Je kunt daar zelf goed over nadenken en een ‘persona’ maken, die een doorsnee van je doelgroep vertegenwoordigt. Een zoekwoordenanalyse helpt ook enorm om je doelgroep en wat zij willen goed in kaart te brengen.
En mensen van buiten je doelgroep die je site bezoeken? Dan vraag ik me toch af waarom ze mijn site bezoeken. Ik zou willen zeggen: iedere bezoeker behoort in principe tot de doelgroep. Misschien wijkt die af van de ‘persona’ die ik voor ogen heb. Dan bestaat de kans dat die persoon niet aangesproken wordt en afhaakt. Dat is dan maar zo; we kunnen niet iedereen tevreden maken. Een voorbeeld:
Mijn stijl is enorm informeel. Ik weet dat ik daarmee mensen afschrik. Ook in het offertetraject ben ik daarom klanten ‘verloren’. Daar maak ik me niet te druk om; ik trek veel liever de opdrachtgevers die bij mij passen.
Heb ik zo je vraag goed beantwoord? Of bedoelde je eigenlijk iets anders?
Min of meer. Ik lees steeds vaker dat doelgroep-grenzen vervagen. M.a.w. bepaal jij je doelgroep naar jouw idee of bepaalt het individu tot jouw doelgroep te behoren.
Mensen van buitenaf bezoeken je site niet maar belanden er soms op.
Misschien wil je hen ook interesseren voor je product of dienst.
Nee, mensen bepalen zelf niet of ze tot mijn doelgroep behoren. Zie ook de reactie van Nils hieronder: ik wil bijvoorbeeld geen koopjesjagers. Daarom publiceer ik mijn tarieven. ?
Dus prima als ik ‘per ongeluk’ mensen interesseer voor mijn diensten, maar ik ga mijn teksten er niet op afstemmen.
Jheee, een nieuwe blog!
Heel herkenbaar wel. Vooral het echt iets durven zeggen.
Onderscheidend zijn betekent keuzes maken. Voor wie ben je er, maar voor wie ben je er ook niet?
Ik krijg (te) vaak te horen dat “iedereen welkom is”. Dat klinkt heel lief, maar dat is in de praktijk vaak toch niet zo :p
Wie zit er tenslotte te wachten op koopjesjagers, zout-op-slakken-leggers, of zeurpieten?
Goede teksten schrijven begint vaak al voordat je ook maar een woord getypt hebt. Daarom duren goede teksten ook langer, en kosten ze initieel meer.
Uiteindelijk levert het ook veel meer op. Niet alleen in meer bezoekers en klanten, maar bij voorkeur ook de juiste klanten.
Ja, goed he! Nu mijn nieuwe website eindelijk online is, is ook de drive om te bloggen weer terug. Dus dit is geen incident. ?
En bedankt voor je bijdrage. Zo is het helemaal. Goede teksten schud je niet uit je mouw. Daarom gaan mijn ‘schrijf’cursussen 75% over het voorbereiden en opzetten van een tekst. Wat natuurlijk gewoon cruciaal onderdeel is van het schrijfproces. ?
Wat ik lastig vind, is opdrachtgevers die nr 2 willen overtuigen van nr 3. Lukt vaak wel hoor. Door gewoon te doen. Wat ik dan hoor: ik moest er even bij gaan zitten toen ik jouw tekst las. En soms schrikt een klant zó dat ze de boel afblazen. Hoe overtuig jij je klanten Arjan?
O zo herkenbaar!
Veel van mijn opdrachtgevers moeten ook even slikken als ik ze de teksten stuur. En ja, zo ben ik ze ook weleens kwijtgeraakt. Soms doe je daar gewoonweg niets aan. Als ze het niet willen weten, zul je ze ook nooit overtuigen.
Ik ga ook niet te lang in discussie. Al op mijn website zeg ik het zo:
“Als je het niet eens bent met mijn teksten, leg ik uit waarom ik het zus of zo geschreven heb. Want ieder woord plaats ik met een reden. Daarna is de keuze aan jou.”
Want uiteindelijk is bij mij de klant óók koning. Wel doe ik dan uitgebreid aan verwachtingenmanagement: dus dat ze minder resultaat van hun website kunnen verwachten.